LJN: BZ5041, Rechtbank Rotterdam 13 maart 2013 – In toenemende mate verschijnt jurisprudentie over de vraag welk gebruik toegestaan is in appartementen. In de hier behandelde uitspraak wordt een verbod tot kamerverhuur of slaapplaatsverhuur toegewezen. Doorslaggevend in deze kwestie is mijns inziens, dat de akte van splitsing dit gebruik uitdrukkelijk verbiedt, zodat van uitleg van de bestemming ‘woning’ geen sprake is. De veroordeling kan gebaseerd worden op de feitelijke vaststelling van strijdig gebruik.

In een aantal appartementen worden buitenlandse (meestal Poolse) arbeidsmigranten gehuisvest. Artikel 17 lid 4 van het splitsingsreglement luidt: “Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht het privé-gedeelte te gebruiken overeenkomstig de bestemming. De bestemming van de privé-gedeelten van de appartementsrechten (…) is die van woning; (…) Voorts is het niet toegestaan de privégedeelten te exploiteren als pension- of kamerverhuurbedrijf.” Op grond van dit artikel mag de eigenaar appartementen niet per kamer of slaapplaats verhuren. Volgens de VvE exploiteert de eigenaar echter een pension- of kamerverhuurbedrijf, terwijl de eigenaar stelt dat zij haar appartementen verhuurt als woning. De VvE vordert een verbod op straffe van dwangsommen. Aan de VvE is bij tussenvonnis bewijs opgedragen van de stelling dat de eigenaar in haar appartementen kamerverhuur dan wel slaapplaatsverhuur bedrijft dan wel heeft bedreven.

De rechtbank is na het horen van getuigen en overige bewijsvoering van oordeel dat de VVE geslaagd is in het bewijs van de stellingen dat de eigenaar in haar appartementen kamerverhuur dan wel slaapplaatsverhuur bedrijft dan wel heeft bedreven. In artikel 17 lid 4 van het splitsingsreglement is bepaald dat het niet is toegestaan de privé-gedeelten van de appartementsrechten te exploiteren als pension- of kamerverhuurbedrijf. De VvE kan naleving van deze bepaling vorderen. De vordering tot beëindiging van de ingebruikgeving van de aan de eigenaar in eigendom toebehorende appartementen in de appartementsgebouwen in de vorm van kamerverhuur, waaronder begrepen de verhuur per slaapplaats met gebruik van gemeenschappelijke zaken, en de vordering tot het treffen van zodanige afdoende maatregelen dat in het vervolg de in artikel 17 van het Splitsingsreglement genoemde regels onverkort door de eigenaar worden nagekomen, worden dan ook toegewezen.

Vergelijk voor kamerverhuur of ander gebruik in strijd met de akte van splitsing de publicaties:

Beide publicaties verwijzen naar overige relevante jurisprudentie op dit onderwerp.

Volledige uitspraak: Rechtbank Rotterdam | 13 maart 2013 | LJN: BZ5041