LJN: BQ5837 Rechtbank Rotterdam 18 mei 2011
De gemeente Rotterdam vaardigde een bestuursdwangbesluit uit aan een VvE vanwege achterstallig onderhoud. Na bezwaar is dat besluit onherroepelijk geworden. De VvE liet na om werkzaamheden zelf uit te voeren binnen de gestelde termijn. De gemeente liet daarop werkzaamheden met toepassing van bestuursdwang voor rekening van de VvE verrichten en belaste de kosten per eigenaar direct door volgens de breukdelen uit de akte van splitsing. De bewoners komen daartegen in verzet bij de rechtbank. Zij betwisten onder meer dat de aard, omvang en kosten van de werkzaamheden. De formele rechtskracht van het onherroepelijke bestuursdwangbesluit werkt echter ook tegen de individuele bewoners, zodat in de verzetprocedure van de rechtmatigheid van dat besluit moet worden uitgegaan. Wat resteert zijn de vragen over de hoogte van de kosten en de vraag of de individuele bewoners wel kunnen worden aangeschreven tot betaling door de gemeente. Over de kosten(indexering) wordt een deskundigenbericht gelast. Verder oordeelt de rechtbank dat ook individuele bewoners rechtstreeks kunnen worden aangeschreven met een dwangbevel van de gemeente, om na afronding van de werkzaamheden hun appartementsdeel van de kosten aan de gemeente te vergoeden. De bewoners hadden daartegen aangevoerd, dat dat niet kon omdat de bestuursdwang voor wat betreft het VvE-gedeelte niet tegen hen gericht was, maar tegen de VvE. De rechtbank passeert dat verweer met een beroep op de externe aansprakelijkheid van appartementsgerechtigde voor schulden van de VvE, die geregeld is in artikel 5:113 lid 3 BW. Dat de grondslag van de aansprakelijkheid een publiekrechtelijk dwangbevel is maakt dat niet anders.