Rechtbank Zeeland-West-Brabant | 22 mei 2014 | ECLI:NL:RBZWB:2014:626 – In deze uitspraak verleent de kantonrechter een vervangende machtiging ex artikel 5:121 BW aan verzoeker voor het vormen van een nieuw VvE bestuur, naast een machtiging voor het verrichten van noodzakelijk onderhoud. De machtiging een nieuw VvE bestuur te vormen is interessant. Het is de vraag of de artikel 5:121 BW ook zover gaat dat de rechter kan ingrijpen in vergaderbesluiten zoals het benoemen en ontslaan van bestuurders. De bevoegdheid tot het benoemen en ontslaan van een bestuur is exclusief voorbehouden aan de leden, zie artikel 5:131 lid 2 BW. Met deze vervangende machtiging stelt de rechter die bevoegdheid terzijde.
Artikel 5:121 BW geeft de mogelijkheid van een vervangende machtiging voor het verrichten van bepaalde handelingen met betrekking tot gemeenschappelijke en soms ook privé gedeelten. Het lijkt erop, dat daarmee bedoeld is het verrichten van een feitelijke handeling in of aan het gebouw en niet de besluitvorming daartoe. Vergelijk in die zin Sector kanton Rechtbank Dordrecht 28 oktober 2010, LJN BP2154. Daar oordeelde de kantonrechter, dat machtiging ex artikel 5:121 BW niet bedoeld is om besluitvorming in de vergadering van eigenaars te bewerkstelligen. De kantonrechter is daar van oordeel, dat de procedure ex artikel 5:121 BW zich niet leent niet voor het verkrijgen van een machtiging om namens een ander in de vergadering van eigenaars te stemmen. In die zin oordeelde eerde ook LJN AW2504, Gerechtshof ’s-Hertogenbosch d.d. 18 april 2006, waarin het Hof in een vergelijkbare situatie (de VvE trad niet op tegen een zendmast op het dak omdat in de ALV de meerderheid daartoe niet bereikt kon worden), aan één van de appartementsgerechtigden wél de machtiging verleent om namens de VvE te handelen.
Toch staat de kantonrechter in de hier behandelde uitspraak niet alleen in zijn besluit de machtiging ook te verlenen voor het nemen van besluiten in de vergadering. Zo oordeelde het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 10 januari 2006 in bevestigende zin over een eerder oordeel van de kantonrechter waarin een VvE gemachtigd werd om namens een andere VvE een procedure aanhangig te maken. Daarmee is volgens het gerechtshof gegeven dat de gemachtigde VvE in dit opzicht mag wat de met de machtiging vertegenwoordigde VvE toekwam. Zie voor een beoordeling van dit arrest mijn eerdere bijdrage ‘Vervangende machtiging ex artikel 5:121 BW‘, ook gepubliceerd op VvERecht.nl.
Overigens is het de vraag wat de reikwijdte is van een beschikking die mogelijk maakt dat VvE een bestuur met een vervangende machtiging wordt benoemd. In de uitspraak lees ik niet voor welke termijn het nieuwe bestuur aangesteld zou worden. Dat betekent mijns inziens, dat de vergadering in principe direct na de benoeming gebruik zou kunnen maken van het recht het bestuur te schorsen of te ontslaan. Dat recht geldt volgens artikel 5:131 lid 2 BW ’te allen tijde’, waarmee wordt bedoeld dat het niet aan enige beperking onderhevig is.
Volledige uitspraak: Rechtbank Zeeland-West-Brabant | 22 mei 2014 | ECLI:NL:RBZWB:2014:626